h

De moderne oudere

2 oktober 2009

De moderne oudere

Al sinds 2004 organiseert het Zorgberaad Zuid-Holland Zuid met veel succes de Prinsjesdag in Zuid-Holland. Op deze dag worden de kabinetsplannen van de Derde Dinsdag in september besproken, met de zorg als invalshoek.
Dit jaar stond naast de politieke actualiteit de moderne oudere centraal, met daarbij in het bijzonder de rol van de demografie versus “zorg”. Het aantal ouderen in ons land groeit en een nieuw type oudere ontstaat. De moderne oudere is een oudere met meer wensen, een duidelijke eigen mening en meer financiële middelen. Hoe moeten we hier als politiek, als zorgaanbieder of als zorgverlener mee omgaan?

Er waren enkele inleiders gevraagd om een voorzet te doen voor een debat onder leiding van Victor Deconinck.

De eerste inleider drs. H.K. (Hugo) van den Beld van Twynstra Gudde Adviseurs en Managers had zijn inleiding de titel “Moderne Ouderen, modern beleid” gegeven en ging uit van het Hoera gegeven. Als je met beleid wil gaan werken zal je eerst een aantal stappen moeten zetten. H staat dan voor Herkennen, O voor observeren, E voor erkennen, R voor reflectie, A voor antwoord. Hij gaat ervan uit dat dit de goede actie is.
Herkennen. Er is een ongemakkelijk gevoel t.a.v. ouderen. Ze worden steeds mondiger maar ook diverser. Over het algemeen is er een stijging van het reële inkomen en vermogen. Door deze ontwikkeling ontstaat er spanning.
Observeren. Er wordt ervaren dat het wel mooi is dat we zo ouder worden, maar de beleidsmakers weten niet hoe we met de groeiende groep om moeten gaan. Door de vergrijzing ontstaat er een hogere kostenpost voor personeel in de zorg.
Erkennen. Er is ongemak maar kansen voor duurzame oplossingen.
Reflecteren. Er is meer en meer rijkdom, er zijn veranderingen nodig maar dat zal lef en moed kosten voor de beleidsmakers.
Antwoorden. 1 structurele keuzes maken
2 meer geld voor de zorg
3 ouderen zullen meer zelf moeten gaan betalen
Er komt een breed maatschappelijk debat waar fundamentele keuzes uit moeten komen maar er zullen geen taboes moeten worden bedacht.
Oplossingen: Dhr. Van den Beld pleit voor een gemengde economie van de ouderenzorg. Dat houdt in:
1 solidariteit nieuwe stijl wat betekent dat we met elkaar voor een beperkte groep die het het hardste nodig hebben zorgen.
2 sparen voor zorg
3 de mensen zullen moeten gaan schuiven in hun bestedingspatronen. Meer uitgeven voor zorg en bijvoorbeeld minder voor entertainment. Dus interne verschuivingen binnen de eigen portemonnee.
Er kan € 15 miljard worden bespaard als 1/3 van het beschikbare bedrag wordt besteed aan de mensen die het echt nodig hebben. Op dit moment is iedereen de dupe van de financiële klem op de economie. Er zal onderzocht moeten worden hoeveel mensen over 20 jaar problemen zullen hebben.

De volgende spreker was R.M. (Renske) Leijten, Tweede Kamerlid voor de SP. Zij begon met het verhaal dat de OR van een tehuis in Twente hun bestuur aan de kant had gezet. Een heel goede zaak vond zij wat navolging verdiende. Daar had ze het op dit moment erg druk mee en zou deze middag even weg moeten i.v.m. een radio interview voor radio Oost.
Zij betoogde dat de zorg al vanaf de tachtiger jaren op afstand is gezet. De zorg gaat daardoor kapot aan de bureaucratie. Er wordt voor iedereen een zorg-zwaarte-pakket gemaakt en daar heeft iedereen zich aan te houden. Alle andere zaken kan je extra bijkopen. Wil je kerst vieren dan koop je dat, wil je sinterklaas gezellig maken dan kan je het inkopen. Dit is het uiterste van individualisering in de zorg. Het gaat uit van de kiezende mens. Kunnen we deze keuzes wel bij het individu leggen? Mevrouw Leijten vindt dat dat niet hoort. De zorg hoort collectief te worden benaderd. We bureaucratiseren tegenwoordig alles. Daardoor komen we steeds meer vast te zitten.
Als reactie op Dhr. Van den Beld betoogde ze dat er een collectieve verzekering moet zijn en geen gemengde economie. Er mag geen tweedeling in de zorg zijn. De kwaliteit van de zorg moet gewaarborgd zijn. Dat zou kunnen door regionale inspectiebrigades. Ook moet de marktwerking worden afgeschaft. Kleinschalige buurtvoorzieningen en zeggenschap voor de bewoners en het personeel.
We moeten af van het productdenken. Aandacht voor de menselijkheid moet vooropstaan.

Vervolgens mevr. A. (Anouchka) van Miltenburg, Tweede Kamerlid voor de VVD.
De Wmo is bedacht om collectiviteit in stand te houden. Participatie van mensen mogelijk maken. De veranderingen die zitten achter de bezuinigingsgedachte vindt zij goed. Het regeringsbeleid is gericht op stevig bezuinigen op de gemeenten.
Welke mensen we gaan helpen en op welke wijze zal het geld worden verdeeld? Dit zal op gemeentelijk niveau een harde discussie worden. Er zal op een eerlijke wijze geld bij de mensen moeten worden weggehaald en dan weer collectief goed verdelen. Zij vindt het collectief aanbod van welzijns- en zorgvoorzieningen goed.
De grote vraag is hoe we in de toekomst met de ouderen om moeten gaan. In elk geval zal de oudere zelf moeten kunnen kiezen.

In de discussie kwamen er nog drie mensen bij drs. M. (Marcel) Kaarsgaren van de CSO Koepel ouderenorganisaties, prof. dr. K. (Kim) Putters Eerste Kamerlid van de PvdA, prof. dr. A. (Adri) Steenhoek van de Erasmus Universiteit en veel later kwam ook Drs. J.J.A.H. Klein Breteler van het CDA maar die kon niet meer achter de tafel plaatsnemen.
Dhr. Steenhoek doet onder andere onderzoek naar de demografische effecten en de dure aspecten in de zorg. Hij vertelde dat in 2050 de mannen en vrouwen gemiddeld 92 jaar worden. De meerkosten voor de zorg is in 2020 maar 5% per jaar en dat komt niet alleen door de vergrijzing maar door de meerkosten in de zorg t.a.v. machines en apparatuur. Vanaf 2011 neemt de beroepsbevolking af. Ouderen moeten langer werken, maar moeten ook voor zichzelf kunnen zorgen. Dit terwijl steeds meer ouderen zich niet gezond voelen bij het ouder worden. Dat is nu al 80% van de senioren.
De verdere modernisering van de AWBZ wordt tot 2011 stopgezet.
Er zijn 450.000 mensen nodig in de zorg per 2020, maar de werkende bevolking groeit maar met 19.000 per jaar.
Dhr. Steenhoek vroeg zich af waar we het over hebben als we zien dat de kosten per jaar maar 1% stijgen. Wel is het inderdaad zo dat de mensen gezondheid op de eerste plaats zetten maar daar niet voor willen betalen.
Er is een toenemend probleem wat seniorenjaloezie wordt genoemd. Ouderen die elkaar bekijken en zien dat de een meer mogelijkheden heeft dan de ander.
Mevrouw van Miltenburg merkte op dat in de dagelijkse praktijk er al grote verschillen zijn tussen mensen en dat wordt geaccepteerd, maar als mensen ouder worden dan mogen die verschillen niet meer. Zij vond het dus belangrijk dat er privéverzorgingshuizen waren.
Er zou meer gedaan moeten worden aan het PGB. Dat zou minstens moeten worden uitgebreid.
Op mijn vraag of het panel doelgroepenbeleid in de gemeente zinvol vond kreeg ik van mevr. Miltenburg te horen dat dat niet kon i.v.m. de grote diversiteit van de senioren, maar t.a.v. ouderen met problemen en allochtone ouderen zou het wel zinvol zijn.
Als uitsmijter vroeg dhr. Steenhoek zich af t.a.v. het woord doelmatigheid wat overal wordt gebruikt. Waar dat nog voor stond. Staat het voor in welke mate het doel wordt bereikt of staat het voor het feit dat het doel steeds matiger wordt?

Gerard Broekman, gemeenteraadslid SP-afdeling Gorinchem

U kunt een filmpje bekijken en enkele foto’s van het debat via hier bekijken.

U bent hier